Blog
Mijn vragen als junior docent – deel 6: matchmaking?
Vervolgreactie op de blog van Adri Thomas:
Beste Adri,
Het is 26 augustus, gisteren was de warmste augustusdag ooit gemeten in de Bilt (toch? Misschien toch maar even checken…) en ik zit matchingsformulieren na te kijken en te beantwoorden achter mijn bureau. Ik coördineer de matching voor ons departement, vandaar. Het zomerreces is voorbij, eindelijk, ik mag weer aan de bak. Dat is geenszins sarcastisch bedoeld; zo voelde het absoluut toen ik afgelopen maandag, na vier weken (!), mij weer achter mijn bureau op de 4e verdieping van het van Unnikgebouw installeerde.
Hoe was jouw vakantie? Ik ben twee weken door Noord-Italië gereden en heb daar gekampeerd, van Aosta tot aan het Gardameer. Daarna een week in Utrecht, beetje klusjes gedaan, je kent het wel. Daarna nog een week aan het strand in Noordwijk. Plan was om nog een week naar Noord-Italië te gaan, maar helaas liet mijn rug het afweten.
En dus gisteren de matching. Van de zestien inschrijvingen kwamen er uiteindelijk negen opdagen. De grootste bulk was in juni aan bod gekomen (180 inschrijvingen). De matching in augustus, elf dagen voor het begin van het nieuwe collegejaar, is alleen toegankelijk voor de aankomende studenten die met een geldige reden niet bij de juni-matching konden zijn.
Eerste opvallende feit aan deze groep: alleen maar jongens.
Tweede opvallende feit: ze waren vrij slecht voorbereid (voorbereidende artikelen grotendeels niet gelezen, slechts twee op de drie hadden de moeite genomen om er doorheen te bladeren).
Ten derde: de stemming zat er goed in. Niet alleen dat het gezellig was, men was leergierig, enthousiast en positief, ondanks de bizarre hitte in – en buiten – het lokaal.
Tsja, en daar zit je dan als docent. Met vier weken vakantie-energie stond ik te popelen om er het beste van te maken. Ik had net in de vakantie kennis gemaakt met de wet van Sullero, al lezend aan het strand. Oftewel, ik had er eigenlijk wel begrip voor, die wat lakse houding. Zolang er maar niet gezeurd werd over het feit dat het warm was vond ik het ok. Maar wat ik me nou afvraag, hoe kijkt een senior docent tegen deze situatie aan? Wat zou jij doen? Standje geven omdat men het voorbereidende werk niet heeft gedaan? Begrip tonen voor het feit dat het warm was en de vakantie nog niet afgelopen? Of een donderpreek dat ze er maar in juni bij hadden moeten zijn?
Voor mijn volgende blog zal ik jouw reactie – onder voorbehoud dat het de reactie is die ik, na onze correspondentie van nu meer dan een jaar, verwacht – in verband proberen te brengen met een wetmatigheid die ik deze zomer van de nieuwe rijdende rechter heb geleerd. En een horror-ervaring bij de groepsles pilates waar ik het grootste gedeelte van mijn mannelijkheid heb verloren. Wordt vervolgd..
Groet,
Vincent
*Zie deze link voor de eerder genoemde wetmatigheid
Vincent van Hees is junior docent bij het departement Sociale Geografie en Planologie. De vragen die hem als junior docent prikkelen, legt hij voor aan senior docent Adri Thomas.
1 september 2016
Reacties
U moet ingelogd zijn om te reageren, gebruik het formulier aan de linkerkant om in te loggen met uw solis gegevens.
Nou ik ben benieuwd Vincent.
Overigens mijn (nieuwe) antwoord, is gelijk aan de naam van de opleiding waar ik nu werk na jouw collega te zijn geweest. Leisure…
Er is een subjectieve en objectieve benadering. Objectief is al je tijd – zorgtaken – persoonlijke verzorging – arbeid – onderwijs. Kortom, onderwijs valt dan niet binnen leisure/vrijetijd. De subjectieve benadering vraagt echter om hoe iemand het persoonlijk beleeft. Oftewel, hoe vrij/ontspannen/gezellig voelt het? MIJN nieuwe studenten zou ik meteen het verschil in deze begrippen uitleggen, en dat koppelen aan hun inzet tijdens de voorbereiding. Maar ja, dat is helaas niet op alle studies van toepassing ;)
gr, Malou