Logo Universiteit Utrecht

Docentencommunity TAUU

TAUU Magazine

Bijzonder initiatief van juniordocenten: de coördinatie van andere juniordocenten

Buitenpromovendi Ester Driel en Pieter de Bordes werken als werkgroepdocent, bachelorscriptiebegeleider en tutor bij Algemene Sociale Wetenschappen (faculteit Sociale Wetenschappen). Samen coördineren zij tijdelijke juniordocenten – een bijzonder initiatief van de jonge docenten zelf.

Hoe is het idee voor begeleiding van juniordocenten ontstaan?
Onze collega’s Ellen Wittkampf en Ingrid Kloosterman, zelf ook tijdelijke juniordocenten, zijn op het idee gekomen en waren zelf de eerste JuDo-coördinatoren. Tom ter Bogt, onze onderwijsdirecteur, heeft dit idee positief ontvangen en heeft het samen met Ellen en Ingrid in waargemaakt. Het idee is volgens mij ontstaan doordat ze het gevoel hadden dat er soms weinig cohesie was onder JuDo’s en omdat JuDo’s soms met problemen rondliepen die zich niet zo makkelijk laten signaleren. In het ergste geval gaat het dan om een burn-out maar je kan ook denken aan de vage grens tussen coördinatorschap en werkgroepdocentschap waardoor werkgroepdocenten taken uitvoeren die ze niet horen te verrichten.

Ester Driel

Pieter de Bordes

 

 

 

 

 

 

 

 

Wat houdt jullie begeleiding van JuDo’s praktisch in?
We proberen inzicht te krijgen in hoe het met onze werkgroepdocenten gaat en wat ze nodig hebben. Dit doen we bijvoorbeeld middels persoonlijke 10-minuten gesprekken die we ieder blok houden met alle JuDo’s. Op basis van een dergelijke inventarisatie kunnen we dan namens de groep de werkomstandigheden aankaarten en optimaliseren. Zo kunnen we veel voorkomende problemen aanpakken op groepsniveau en op individueel niveau meedenken met onze docenten. Zo hebben we bijvoorbeeld vastgesteld dat veel JuDo’s graag wat meer willen weten over effectief feedback geven en zullen we hierom komend jaar een workshop hierover inplannen.
Een tweede doelstelling is het vergroten van de (sociale) cohesie onder de JuDo’s wat hopelijk zal leiden tot meer informatie-uitwisseling maar ook sterkere sociale contacten. Zo kan het weleens prettig zijn om je ervaringen te delen met collega’s. Omdat JuDo’s een tijdelijk contract hebben, niet altijd een werkplek hebben en op diverse locaties moeten lesgeven is de kans groot dat ze elkaar onderling niet zoveel tegenkomen. Dit proberen we op te lossen door het organiseren van bijeenkomsten, zowel werkgerelateerd als informele borrels of etentjes, maar ook door ervoor te zorgen dat onze werkkamer toegankelijk is en blijft.

“JuDo’s hebben met dit coördinatorschap een klankbord waarmee ze informatie kunnen uitwisselen, vragen kunnen stellen maar ook kunnen klagen als het tegenzit. Het geeft het gevoel dat ze iets meer bij de organisatie behoren dan voorheen.”

Wat voor reacties krijgen jullie op dit initiatief?
Over het algemeen is iedereen hier zeer positief over! Een van de effecten van het coördinatorschap is dat de verbondenheid tussen de JuDo’s en de afdeling groter is. JuDo’s hebben met dit coördinatorschap een klankbord waarmee ze informatie kunnen uitwisselen, vragen kunnen stellen maar ook kunnen klagen als het tegenzit. Het geeft het gevoel dat ze iets meer bij de organisatie behoren dan voorheen. Het kan soms namelijk lastig zijn je verbonden te voelen met een organisatie die weinig doorgroeimogelijkheden en toekomstperspectief biedt, terwijl je wel veel passie hebt voor je vak. Dit tegenstrijdige gevoel kan soms voor frictie zorgen bij de werkgroepdocenten.
Met dit coördinatorschap verwachten wij dat het gevoel van verbondenheid vergroot, en in combinatie met de klankbordfunctie kan het de organisatie bovendien voorzien van over om de opzet en uitvoering van werkgroepen. Zo is bijvoorbeeld gebleken dat JuDo’s bij sommige vakken veel tijd kwijt zijn aan het uitprinten van eindopdrachten voor het archief terwijl bij andere vakken gebruik wordt gemaakt van een digitaal archief. Omdat dit ter sprake is gekomen zouden we nu een beleidsvoorstel kunnen doen waarin we pleiten voor digitale archivering. Dit heeft als gevolg dat docenten straks niet meer alle eindopdrachten bij elkaar moeten zoeken en uit moeten printen voor het archief. Dit scheelt de docenten en het secretariaat veel administratietijd, het scheelt archiefruimte, en ten slotte is het ook nog eens goed voor het milieu!

Waarom kiezen jullie ervoor om JuDo’s door JuDo’s te laten begeleiden? Waarom geen seniordocenten of in elk geval docenten met vaste aanstelling?
Ik vind het van groot belang dat er een ‘horizontale’ verstandsverhouding bestaat tussen de coördinator en de JuDo’s. Universiteiten werken over het algemeen met een sterk hiërarchische organisatiestructuur waarbinnen men zich niet altijd vrij voelt om eerlijk te spreken. Bij sommige universiteiten wordt er zelfs gesproken over een angstcultuur. Juist omdat JuDo’s een onzeker bestaan hebben bij de universiteit omwille het tijdelijke contract bestaat er een kans dat ze niet zoveel durven te zeggen over het werk (met name de negatieve aspecten) als ze met iemand te maken hebben die boven hen staat.

“Omdat JuDo’s op zeer wisselende tijden en plekken werken is er een kans op vereenzaming en dat willen we tegengaan”

Tegen welke problemen lopen JuDo’s op en hoe helpen jullie hen daarbij?
We hebben gemerkt dat sommige JuDo’s het lastig vinden om efficiënt feedback te geven. Waar de ene docent hier een paar uur mee bezig is, is de ander hier een paar dagen mee kwijt. Hiervoor willen we komend jaar een workshop aanbieden. Een ander voorbeeld is het zicht op de secundaire arbeidsvoorwaarden: niet iedereen krijgt een uitnodiging van H&R om hierover in gesprek te gaan. Dit heeft als gevolg dat sommige JuDo’s honderden euro’s per jaar extra verdienen door hun vakantiedagen in te zetten voor salaris terwijl andere JuDo’s dat niet weten. Ook hierover organiseren we binnenkort een informatiebijeenkomst. Als laatste voorbeeld merken we het dat sommige JuDo’s simpelweg behoefte hebben aan collegiaal contact. Omdat JuDo’s op zeer wisselende tijden en plekken werken is er een kans op vereenzaming en dat willen we tegengaan door het organiseren van borrels en door de flexkamer meer een docentenkamer te maken.

Worden jullie gesubsidieerd / op een andere manier tegemoetgekomen voor jullie inspanningen?
Wij krijgen een half dagdeel per week hiervoor betaald (0.1fte), wat naar ons idee redelijk is. Ik kan me echter voorstellen dat we nog veel meer zouden kunnen bereiken als we hier meer tijd voor kregen.

Hebben jullie tips voor andere opleidingen / faculteiten die iets dergelijks op willen zetten?
Ik zou het andere opleidingen zeker aanraden om het coördinatorschap zoals we dat hier hebben op te zetten. Diplomatie en tact zijn belangrijke eigenschappen voor een coördinator die tussen zijn collega’s staat en tegelijkertijd namens de collega’s de leidinggevende spreekt. Het coördinatorschap met iemand anders doen is dan prettig want een goed overleg met een medecoördinator kan je positie hierin verstevigen.


Isabella Spaans
13 april 2017

U moet ingelogd zijn om te reageren, gebruik het formulier aan de linkerkant om in te loggen met uw solis gegevens.