Logo Universiteit Utrecht

Docentencommunity TAUU

T@UU council

Waarom focussen op internationalisering?

Voormalig T@UU council-lid Lorena De Vita heeft samen met projectleider T@UU Femke van de Glind een rapport opgeleverd over het thema internationalisering.

Lorena legt uit waarom ze dit (lastige!) onderwerp als haar focuspunt heeft gekozen in de afgelopen 3,5 jaar.


Deze zomer is het acht jaar geleden dat ik naar Nederland kwam. Ik landde in augustus 2016 aan de (toen nog tamelijk verlaten) Universiteit Utrecht, na prachtige jaren van doctoraalstudies en een Teaching Fellowship aan het International Politics Department van Aberystwyth University. Ik was jaren eerder naar het Verenigd Koninkrijk verhuisd om International Relations te studeren aan de London School of Economics. Hoewel ik het heerlijk vond om in Rome te wonen, kon ik me gewoonweg niet voorstellen dat iemand die geïnteresseerd is in internationale politiek en de geschiedenis van conflicten en verzoening zulke complexe onderwerpen zou kunnen begrijpen door op één plek te blijven.

Toen ik in Utrecht aankwam, was ik al ongeveer twee jaar aan het solliciteren naar functies in Nederland. Waarom? Het is moeilijk om achteraf met zekerheid te zeggen, maar ik weet zeker dat het bezoek aan een van mijn beste vriendinnen die haar MA in Afrikaanse Studies in Leiden deed, terwijl ik mijn PhD deed, een langdurige indruk achterliet. Hier vond ik een centraal gelegen, levendige plek waar hoogwaardige opleidingen werden gegeven in het Engels, en waar ook een aantal geweldige onderzoekers studeerden. En gezien mijn sterke interesse in de Europese internationale geschiedenis was de nabijheid van veel archieven zeker een groot pluspunt.

Maar ik had geen idee hoe het institutionele systeem echt werkte. Ik had een kortlopend contract voor alleen lesgeven gekregen, in een academisch systeem dat ik achteraf gezien helemaal niet kende of begreep. Een paar jaar later lijkt dit allemaal een verre droom. Later kreeg ik (als een van de weinigen) een vast contract, een contract dat ook wat (weinig, maar kostbare) onderzoekstijd inhield. Ik kreeg een BKOw, werd daarna BKOw-tutor en later ‘metadocent’ voor alle nieuwe (inter)nationale docenten aan de Faculteit Geesteswetenschappen. Ik bleef lesgeven, nam meer coördinerende verantwoordelijkheden op me en won een departementale (2019) en later een universiteitsbrede (2020) onderwijsprijs.

A snapshot from the 2020 Teaching Prize Ceremony depicting myself with three student members of the UHSK student society in the Aula of the Academiegebouw.

In wat misschien een ‘succesverhaal’ lijkt, waren er zoveel momenten waarop ik geen idee had wat het juiste was om te doen in specifieke UU-settings; of wanneer ik worstelde omdat ik de omgeving waarin ik terecht was gekomen niet begreep. Op die momenten maakte de mogelijkheid om informele kennis op te doen en hulp te vragen aan (Nederlandse en internationale) collega’s het verschil.

Toen de kans zich voordeed om lid te worden van de T@UU council, besloot ik mijn inspanningen te richten op het aanpakken van het thema internationalisering aan de UU. Op dat moment was ik net begonnen met mijn grote onderzoeksproject en veel collega’s raadden me (begrijpelijkerwijs) af om me mee te slepen in nog meer onderwijsgerelateerde gesprekken. Maar ik kon het niet laten. Ik dacht echt – en denk nog steeds – dat aandacht voor deze vragen, en het betrekken van collega’s en studenten bij het onderwerp internationalisering, goed zou zijn – en niet alleen voor ons onderwijs, maar ook voor ons onderzoekswerk.

Toen ik aan dit project begon, wist ik niet dat internationalisering in Nederland zo’n hot topic zou worden. Zo actueel zelfs dat de media in veel landen zijn begonnen met het bespreken van wat hier aan de hand is. Toch zijn veel van de vragen en hypotheses die we in het rapport delen veel eerder ontstaan dan de kamerbrief en zullen mij, en ons, nog lang bijblijven.

Bij het opstellen van het rapport was het niet eenvoudig om tips te bedenken die zowel specifiek als toepasbaar waren op idealiter alle afdelingen en instituten aan de UU. Ik hoop dat de aanbevelingen – over het benutten van bestaande synergieën en knowhow; het vergroten van de taalinclusiviteit; en het leren van en trots zijn op onze successen en het feit dat we een internationale gemeenschap zijn – in ieder geval bij sommigen weerklank zullen vinden. 

Wat verstaan wij, als leden van de UU-gemeenschap, onder ‘internationalisering’? Was het allemaal gewoon marketingbluf, of staat hier iets cruciaals en noodzakelijks op het spel over de fundamentele principes van het doen van onderzoek en het zijn van een lerende gemeenschap – iets dat cruciaal is om ‘open’ en ’toekomstbestendig’ te zijn, zoals onze universiteit wil zijn?

Het werken aan dit project bracht me mentaal terug naar die zomer van acht jaar geleden, toen ik hier voor het eerst kwam. Wat verwachtte ik toen? Wat vond ik? Het is zo moeilijk om dat nu met zekerheid te zeggen.

One of the first sights I came across upon landing at Schiphol Airport in August 2016: a bunch of “Team NL” orange bags!

Maar in veel opzichten zijn mijn specifieke ervaringen of herinneringen hier niet zo relevant – veel van wat in het verslag staat komt voort uit interacties met talloze collega’s en studenten hier, inclusief degenen die deelnamen aan de bijeenkomsten die tot dit verslag hebben geleid. Door zitting te nemen in de T@UU hoop ik ook een aantal van hun zorgen, ervaringen en wensen een platform te hebben gegeven.

Dit verslag is het resultaat van samenwerking met Femke van de Glind, maar ook van vele andere gesprekken – formeel en informeel, online en offline, in kleinere en grotere groepen – die ik de afgelopen drieënhalf jaar als TAUU council-lid heb gevoerd met studenten en collega’s (vooral, maar niet uitsluitend). Ik hoop dat het voor sommigen interessant zal zijn, en ik weet dat voor degenen die geloven in de kracht van een diverse en inclusieve academische gemeenschap deze vragen nooit hun urgentie zullen verliezen.  


Marijn van Ellen
22 maart 2024

U moet ingelogd zijn om te reageren, gebruik het formulier aan de linkerkant om in te loggen met uw solis gegevens.