Blog
De overhead projector (incl. reactie op Jan Haarhuis)
Terwijl ruim de helft van de studenten in de hoorcollegezaal achter hun laptop zit weggedoken en mijn Prezi op de beamer al klaar staat, terwijl ik op een tweede laptop alles klaar heb staan om uitleg te geven bij het gebruik van SPSS, zet ik de overhead projector aan…
Er ontstaat wat rumoer in de zaal. Het rumoer lijkt te duiden om eenzelfde reactie als die ik kreeg toen ik de transparanten bij de receptie haalde of de reacties die ik kreeg toen ik ermee naar de printer liep. Tijdens het college doe ik het maar af als ‘retro’, en ondertussen doet de overhead projector precies wat ik verwachtte (wat ik van mijn computer niet altijd kan zeggen). Nergens besluit de overhead projector om middenin mijn college opnieuw op te starten waardoor ik tien minuten beeld verlies, en ondanks dat een grapjas in de pauze de transparant ondersteboven legt, heb ik genoeg technische kennis om dat snel te repareren.
In onderwijs (en op allerlei andere terreinen) leggen we de nadruk snel op vernieuwing. Zeker ook als het gaat om het gebruik van allerlei multimediale middelen en die middelen hebben ook een schat aan mogelijkheden. De Prezi kan als geen ander middel laten zien hoe elementen van de behandelde stof zich tot elkaar verhouden, Youtube is uitermate geschikt voor illustratie en elektronische leeromgevingen kunnen fantastisch werken in het ondersteunen van de voorbereiding op onderwijsbijeenkomsten en toetsen (blended learning?). Mogelijk loop ik met deze voorbeelden jaren achter op de frontlinie van ICT-gebruik, maar ik maak gretig gebruik van allerlei mogelijkheden en wordt gemakkelijk enthousiast voor nieuwe dingen. Ik gebruik ze in pogingen om leereffecten te vergroten en soms om het onderwijs aansprekender te maken. Maar dát streven, naar effectief en aansprekend onderwijs, bepaalt of ik iets ga gebruiken en wat ik ga gebruiken. Soms vind ik een prachtige techniek (bijvoorbeeld stemmen via smartphone apps), waarvan ik niets liever zou willen dan het te gebruiken. In dit geval kan ik zelfs na wanhopig denken niet zien hoe het in de specifieke context van de cursus die ik nu geef bijdraagt aan leereffecten. Ondanks dat het nieuw is, en ik het zelf erg leuk vind, gebruik ik dit dan ook niet.
Op dat punt onderschrijf ik dan ook volledig wat Jan Haarhuis betoogt in zijn stuk ‘One size fits all onderwijs… of toch niet?’ dat 4 maart op TAUU verscheen. Alleen zou ik ook een pleidooi willen houden voor de mogelijkheid van een tegenovergestelde beweging. Dat is mijn ervaring met de overhead projector. Ik had al een prezi (ik voel langzaam de neiging om het woord toe te lichten: het is een nieuw presentatieprogramma met één hele grote dia waar je als het ware met een camera op steeds andere delen van die dia inzoomt), maar wou daarnaast graag bepaalde informatie voor studenten steeds zichtbaar hebben. Ik had daarvoor ingewikkelde technologische oplossingen kunnen verzinnen (een tweede beamer, een vast ‘logo’ in de prezi, enz.). Maar voor dit specifieke doel hebben we al jaren een geschikt middel. Onderwijsinnovatie is daarmee volgens mij veel meer dan innovatieve middelen inzetten, het is in mijn optiek vooral creatief denken over hoe bestaande en toegankelijke middelen kunnen worden gebruikt om onderwijs te verbeteren. Daarbij kunnen we het ons natuurlijk niet permitteren om nieuwe instrumenten, die inmiddels bestaan en toegankelijk zijn, te negeren. Maar volgens mij kunnen we het ons evenmin permitteren om alle slimme oplossingen die we eerder bedacht hebben te negeren. Of dat nu een werkvorm is die al jaren fantastisch werkt, maar in onmin is geraakt, of de verwaarloosde overhead projector in de hoek van de collegezaal.
Sebastiaan Steenman is universitair docent bij het Departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap. In collegejaar 2012-2013 won Sebastiaan de Jong Docententalent prijs van de UU.7 maart 2014
U moet ingelogd zijn om te reageren, gebruik het formulier aan de linkerkant om in te loggen met uw solis gegevens.