TAUU Magazine
5 vragen aan genomineerde DocentTalent: Nienke Kuijpers
Nienke Kuijpers krijgt 5 vragen voorgeschoteld door Stefan Soeparman, genomineerd voor de Docentenprijs 2017.
Soeparman: “Wat vind je de ultieme no-go in het geven van onderwijs?”
Kuijpers: “Nou niet direct een no-go, maar lesgeven met een focus op enkel je eigen inhoudelijke expertise vind ik altijd wat beperkt. Ik denk dat integratie echt waardevol is en de studenten ook meer kan motiveren en inzicht kan geven. Daarvoor moet er natuurlijk wel een goede samenwerking plaatsvinden tussen verschillende disciplines. Dus laat ik dan toch een no-go noemen: eilandjes cultuur. Openstaan en (durven) investeren in samenwerking levert mijn inziens geïntegreerd en kwalitatief (nóg!) beter onderwijs! Gelukkig wordt daar bij Diergeneeskunde steeds meer over nagedacht. Ik vind: de key hiervoor ligt niet alleen op bestuurlijk niveau maar ook bij de individuele docenten. Als in de bekende slogan van Postbus51 in de jaren 90: een beter (samenwerk) milieu begin (ook) bij jezelf!”
S.: “Op welke onderwijssituatie kijk je met spijt, schaamte of tranen van het lachen terug?”
K.: “Ik denk dat humor mij vele malen uit een wat benarde onderwijssituatie heeft gered, haha. Zo ook die keer dat ik dacht eindelijk wat namen van studenten tijdens het practicum zeker te weten en ik tot 2 keer toe dacht aan Cees te hebben gevraagd naar welke anatomische structuur we nou precies aan het kijken waren, waarop de groep natuurlijk dubbelgeklapt van het lachen vertelde dat de student Jeroen heette. Komt niet eens in de buurt qua namen, haha.
Ook leuk is zo absurd mogelijke ezelsbruggetjes (heel logisch) verzinnen samen met de studenten. Wat overigens ook echt schijnt te werken: hoe raarder, hoe beter je het onthoud! Dubbel plezier dus.”
S.: “Maandagochtend, 9.00 uur. Een grijze, koude winterdag. Hoe motiveer je de studenten op zo’n dag?”
K.: “Ik benoem het gewoon aan het begin van het onderwijs. Op een humoristische manier verzuchten dat ik ook wel moeilijk m’n bed uit kwam vanochtend. En gewoon individueel met studenten die binnenkomen even een praatje aanknopen. Dan heb je al het eerste communicatie lijntje lopen en krijgen studenten er ook weer een beetje zin in om aan de slag te gaan. Laagdrempelig onderwijsklimaat creëren dus, daar houd ik van. Anderzijds op een hele andere manier het onderwijs beginnen dan ze normaal gewend zijn, b.v. met een klinische casus die duidelijk maakt dat ze de stof waar ze mee bezig gaan ook echt kunnen gebruiken, kan ze ook prikkelen. Ik denk dat het laten zien van ‘latere’ implementatie van hun kennis en ervaringen heel erg kan motiveren. Dat maakt Diergeneeskunde voor mij echt de meest toffe plek om les te geven. Mijn klinische werkervaring als dierenarts kan ik daarin heel mooi gebruiken.”
S.: “Wat doe jij denk je anders dan andere docenten om voor deze prijs genomineerd te zijn?”
K.: “Poeh, ik heb niet echt de illusie dat ik nou speciaal iets totaal anders doe dan andere docenten hoor. Ik probeer me in ieder geval in de student te verplaatsen (ik heb hier zelf ook Diergeneeskunde gestudeerd 10 jaar geleden), aandacht voor de individuele persoon te hebben en probeer ook regelmatig gewoon te praten met de groep hoe zij het ervaren (feedback verzamelen en empathisch inlevingsvermogen tonen). En ik denk dat ik mijn enthousiasme en passie echt probeer uit te stralen.”
S.: “Wat is de mooiste, beste of leukste innovatie die je hebt doorgevoerd in het onderwijs?”
K.: “Ik moet heel eerlijk zeggen dat ik gemerkt dat onderwijs verbetering niet direct in toepassen van nieuwe gadgets zit. Heel veel verbetering zit meer op organisatorisch vlak en dan is er eigenlijk iemand nodig met doorzettingsvermogen om door de hier en daar wat omzichtige wegen iets te kunnen veranderen. Dat vergt ook wel inzicht in de hele organisatie en het studieprogramma van de opleiding zelf. Iets wat echt een enorme meerwaarde is van het langer in dienst zijn als docent hier. Je kunt daardoor echt veel meer bijdragen aan het streamlinen en verbeteren van onderwijs.
Als ik dan toch nog een innovatie moet noemen: Presenters’ Wall heeft wel een enorme meerwaarde geleverd aan het digitaal en laagdrempelig verzamelen van feedback van grote groepen studenten (zoals bij hoorcolleges). Ook is het handig als pre- en post testing method, om het niveau van de groep te inventariseren en je insteek van het onderwijs te bepalen. En leuk voor de docent en student om het verschil voor en na (dat heb je dan maar mooi geleerd!) te zien. Dat motiveert!”
14 maart 2017
U moet ingelogd zijn om te reageren, gebruik het formulier aan de linkerkant om in te loggen met uw solis gegevens.