Logo Universiteit Utrecht

Docentencommunity TAUU

Docent in the Picture

#koesterdedocent #staffshouldstay – Djoeke van der Sluis

Djoeke viel ons gelijk al op als actieve docent in de community. Wat gaf ze een aantal handige tips op de vraag “Structuur en zorg voor mijn studenten”. Bijvoorbeeld “En een laatste hele praktische tip: zet deadlines niet meer op 23:59uur, maar verplaats ze iets naar voren, naar 17:00uur. Zo motiveer je verder om een gezonde planning aan te houden”.

Wat inspireert Djoeke en waarom zet ze zich zo vol overgave in voor het onderwijs?

“De universiteit is een inspirerende plek om te werken als docent. Gedurende het jaar ben ik betrokken bij uiteenlopende cursussen: methoden en statistiek, biologie van gedrag en wetenschapsfilosofie, het passeert allemaal de revue. Ook de werkvormen en opdrachten zijn steeds anders, dat houdt me scherp. Elke werkdag zit vol afwisseling omdat ik behalve docent ook tutor, coördinator en onderzoeker ben. Mijn doelen en deadlines staan vast, maar ik krijg de vrijheid om taken op mijn eigen manier en moment uit te voeren. Zo neem ik bijvoorbeeld graag wat extra tijd voor het voorbereiden van lessen of geven van feedback, zodat ik iets neer kan zetten waar ik volledig achter sta.

In de rol van docent geniet ik erg van de interactie met ‘mijn’ studenten. Doordat ik les geef aan vaste groepen, is de ontwikkeling die zij doormaken goed zichtbaar voor mij. Wetende dat ik bij heb kunnen dragen aan hun vorming tot academicus, kan ik écht genieten van een goede inhoudelijke discussie die zij met elkaar hebben over een onderzoeksvoorstel. Als ik zie welke vaardigheden studenten zich in één jaar eigen hebben weten te maken, kijk ik ernaar uit hen in de nabije toekomst als collega’s te kunnen verwelkomen.

Mijn grootste inspiratiebron binnen het onderwijs zijn de gesprekken die ik heb met collega’s en vrienden die zelf ook docent zijn (geweest). Met hen spreek ik graag over de doelen die we hebben met ons onderwijs en de verschillende manieren waarop wij daar invulling aan (zouden kunnen) geven. Alhoewel ik zelf vaak meteen een beeld heb bij hoe ik mijn doelen wil bereiken, helpen dit soort gesprekken om scherp te blijven en om nieuwe methoden te ontwikkelen en uit te proberen, maar ook om mijn onderwijsvisie verder te nuanceren. Deze vrijheid maakt dat docentschap uitdagend blijft, ik ben altijd op zoek naar manieren om mijn onderwijs verder te verbeteren. Dat wil overigens niet zeggen dat al mijn lessen een daverend succes zijn, want leren doe je nu een maal door te vallen en op te staan. Na het uitvoeren van de plannen bespreek ik dan ook vaak met collega’s hoe het heeft uitgepakt, en wat we daar weer van kunnen leren. Het zijn dus niet alleen de studenten die wijzer worden van de lessen die ik verzorg!”

Welke wijsheden heb je opgedaan en zou je anderen willen meegeven?

“De grootste valkuil is om te denken dat je als docent perfect en/of alwetend moet zijn. Die gedachte is ontzettend belemmerend: Als je jezelf zoveel druk oplegt, wordt het moeilijk om plezier te hebben in wat je doet. Bovendien beperkt zo’n gedachte de ruimte om te experimenteren, want inherent aan experimenteren is dat je fouten maakt. Ik raad iedereen daarom aan om erop te vertrouwen dat je fouten zal maken. Verwelkom die ‘fouten’ als een mogelijkheid om van te leren. Het belangrijkste is dat je ervaart dat zelfs als er een keer iets anders loopt dan je had gehoopt, jij daar prima mee om kan gaan. De grap is dat je daar alleen maar achter komt door het te ervaren, en dat is spannend. Maar als je dat inzicht eenmaal eigen maakt zal je je onderwijs met veel meer rust en plezier kunnen geven. Bovendien is het een prachtig voorbeeld voor je studenten: zij mogen best zien dat niet alles in het leven altijd maar perfect gaat. Zij zullen zelf ook fouten moeten maken om verder te komen.

Daarnaast raad ik je aan om een onderwijsvisie te formuleren. Zo’n visie op wat ervoor nodig is om studenten te helpen professionals te worden, en hoe mensen leren, helpt je bij het maken van al je keuzes. Een onderwijsvisie is als een intern kompas, het helpt je te bepalen welke aanpak je het best kan gebruiken. Ik vind het bijvoorbeeld belangrijk dat studenten een gezonde werk-privé balans leren hanteren. Daaruit volgt voor mij dat ik in het ’s avonds of in het weekend geen mailtjes stuur, ik ben immers een rolmodel. Op basis van hetzelfde uitgangspunt stuur ik er bij studenten die het (vaak door persoonlijke omstandigheden) zwaar hebben soms ook op aan dat zij een vak laten vallen. Kortom: weten wat ik belangrijk vindt helpt me in verschillende situaties te bepalen hoe ik het best kan handelen. Zo’n onderwijsvisie is geen statisch gegeven, het vloeit voort uit je ervaringen en ontwikkelt zodoende continu. Mijn tip is om die ontwikkeling bewust op te zoeken. De meest interessante manier vind ik zelf om het met collega’s te hebben over het ‘waarom’ achter hun onderwijskundige keuzes.”

Wat is je wens voor het onderwijs?

“Om te leren, moet een mens fouten maken. Juist door iets te proberen, om er vervolgens erachter te komen dat het toch anders werkt dan verwacht, vallen er kwartjes. Bij vaardigheden zoals wetenschappelijk schrijven, is feedback daarbij essentieel. In een ideale wereld zou ik elke geschreven product individueel doornemen met iedere student, om zo inzicht te geven in de reden waarom een keuze wel of juist niet goed uitpakte. Nu zijn het vooral de studenten die een onvoldoende cijfer krijgen die extra uitleg krijgen, terwijl de studenten met een voldoende evengoed nog hadden kunnen leren van de ervaring. Dat is mijn inziens een gemiste kans.

Er zijn ook vaardigheden, zoals kritisch redeneren, waarbij discussies in subgroepjes bijzonder goed werken. Door als docent mee te luisteren, en vragen te stellen kan je hen hierin verder helpen. Peerfeedback is fantastisch, maar als studenten dezelfde blinde vlekken hebben komen ze niet tot de gewenste inzichten. Als docent kan je hier toegevoegde waarde hebben. Het zou mooi zijn als daar meer ruimte en tijd voor zou zijn, omdat ik ervan overtuigd ben dat dit studenten in staat zou stellen nóg meer te leren in de korte tijd dat zij studeren.”

En tot slot; welke collega binnen de UU zou jij eens een vraag willen stellen (en welke vraag zou dat zijn)?

“Als finalist van de docent-talent van het jaar verkiezing, maakte ik kennis met de andere genomineerden voor die titel. Dat leverde hele interessante gesprekken op vanwege het feit dat we sterk uiteenlopende vakgebieden representeerden, waar vanuit we de gesprekonderwerpen belichtten. Op een gegeven moment kwamen we te spreken over het boek Sapiens van Yuval Noah Harrari. Daarbij opperde Lorena De Vita half grappend dat we dit boek eens in meer detail met elkaar zouden moeten bespreken. Omdat ik de interdisciplinaire kruisbestuiving interessant vond en fan ben van het boek, wil ik Lorena nu vragen: zullen we het gewoon doen?”

En nu moet ze weg…

En nu lezen we in DUB dat Djoeke binnenkort onze universiteit moet verlaten, omdat haar 4 jaar als docent erop zitten. Erg jammer dat onze studenten deze psychologie docent van het jaar en genomineerde docenttalent van het jaar moeten gaan missen. Echt een gemiste kans dat de Universiteit Utrecht parels van docenten zomaar op straat zet!

Mijn contract loopt tot augustus. Dan ben ik vier jaar in dienst geweest, en dat betekent per definitie het einde van mijn aanstelling. Hier was mijn leidinggevende al bij mijn indiensttreding duidelijk over: Het maakt niet uit hoe goed je functioneert, je krijgt in deze positie geen vast contract. Dat ik dit jaar tot psychologie docent van het jaar verkozen werd, en genomineerd was voor de docent-talentprijs van de UU doet er daarbij niet toe. Dat ik niet gepromoveerd ben, maakt daarbij niet uit. Collega’s die wél promoveerden werden na 4 jaar ook vriendelijk bedankt.

Djoeke weet nog niet wat ze gaat doen, maar ze heeft een brede interesse. Het lesgeven is haar goed bevallen, dus misschien gaat ze daarmee verder. Maar met de ervaring die ze de afgelopen jaren heeft opgedaan spreken onderwijskundige functies haar ook aan. Of ze wil haar kennis van de sociale psychologie toe passen op (beleids-)vraagstukken als “hoe kunnen we de bereidheid om de corona-maatregelen na te leven vergroten?”.

Wat het ook voor haar gaat worden, het zal iets zijn waarbij ze op een betekenisvolle manier een bijdrage kan leveren aan de maatschappij. En, omdat ze de overleggen met collega’s als bijzonder waardevol ervaart, gaat ze op zoek naar een functie die ze binnen een team kan uitoefenen.

We wensen Djoeke heel veel succes met het zoeken van een nieuwe functie en hopen dat haar verhaal meehelpt aan het behouden van docenten voor de universiteit.

Verder lezen

De tips van Djoeke lees je hier:


Severina Grotenhuis
25 juni 2020

U moet ingelogd zijn om te reageren, gebruik het formulier aan de linkerkant om in te loggen met uw solis gegevens.

Gerelateerd